De circulaire economie zorgt ook in de bouwsector voor verandering. Er is een groeiende aandacht voor het toekomstgericht ontwerpen en bouwen, voor innovatieve producten die hun waarde behouden en voor nieuwe business modellen om de kringloop van materialen te sluiten. Ook op vlak van urban mining – het valoriseren van wat er vrijkomt uit de bestaande gebouwen – staat de sector al behoorlijk ver. Toch blijft de praktijk evolueren: denken we maar aan het invoeren van een sloopopvolgingssysteem en aan verschillende projecten om materiaalstromen (gerecycleerde granulaten en zanden, isolatiematerialen, hout …) op hoogwaardige manier opnieuw toe te passen.
Om in de toekomst circulair bouwen verder concreet vorm te geven, wordt in Vlaanderen de Green Deal Circulair Bouwen opgestart. Bouwbedrijven, producenten, overheden, kennisinstellingen … gaan samen innovatieve ideeën en concepten in de realiteit omzetten. Dit netwerk om samen te doen en te leren wordt versterkt met een onderzoeksprogramma om uit alle praktijkexperimenten kennis te vergaren en lessen te trekken voor de toekomst van de Vlaamse bouw- en recyclingsector. De Green Deal zal zich in de eerste fase ook richten op urban mining. Hierbij zijn alvast een aantal uitdagingen aan te kaarten – op zakelijk, technologisch en beleidsvlak.
Zullen we straks onze gebouwen niet meer slopen, maar ‘ontginnen’? Welk potentieel heeft het hergebruik van bouwproducten of -componenten? Hoe kunnen de kosten en baten die gepaard gaan met doorgedreven recyclage worden verdeeld doorheen de keten? Hoe kan de kwaliteit van de diverse kringloopbouwmaterialen gewaarborgd worden? Welke aanpassingen in het businessmodel van sloop-, bouw-, sorteer- en recyclagebedrijven kunnen tot urban mining bijdragen? Zijn er nieuwe of andere diensten nodig, of moeten alle partijen gewoon meer en beter gaan samenwerken?
Nieuwe technische oplossingen kunnen het recycleren van ‘moeilijke stromen’ mogelijk maken of betere toepassingsmogelijkheden creëren voor bestaande stromen. Men kan zich ook de vraag stellen in welke mate de eindelevensfase van gebouwen en materialen zal worden gedigitaliseerd. Kan BIM, het allesomvattend model voor bouwinformatie, op termijn een rol spelen, of gaat het nog verder en zullen we alle stromen die uit gebouwen komen binnenkort vanop onze smartphone in real-time kunnen volgen op hun recyclage- of herverkooptraject?
Ook beleidsmatig liggen er nog een aantal uitdagingen op de plank. In welke mate kan men bepaalde afvalstromen richting bepaalde valorisatiekanalen sturen? Hoe definieert men een ‘hoogwaardige’ toepassing? Hoe verhoudt de impact van materialen en afval zich tegenover de klimaat- en energiedoelstellingen? In welke mate kunnen alle stromen economisch en milieutechnisch verantwoord worden gerecycleerd, of zal er toch een fractie blijven die moet worden gestort of verbrand?
Vanuit het WTCB zijn wij in alle geval klaar om hier, samen met de beroepsorganisaties en alle andere betrokken partijen uit de keten, ieder met zijn/haar eigen expertise en ervaringen, onze schouders onder te zetten en samen nieuwe oplossingen te creëren, zodat we ook in de toekomst op dit vlak in België en Vlaanderen een voorloper-land blijven.