In een circulaire economie staat recyclage centraal, zodat producten (en hun bestanddelen) steeds een nuttige toepassing krijgen. Dat kan maar door op verschillende momenten in de levensfase van een product doordacht te werk te gaan. Er zijn in België heel wat circulaire topvoorbeelden te vinden: productontwikkelaars die aandacht hebben voor ecodesign, bedrijven die producten maken met gerecycleerde materialen, initiatieven die de selectieve inzameling van verschillende soorten afval bevorderen … Maar voor elk van die goede voorbeelden zijn ook tal van flopvoorbeelden te vinden. Wereldwijd komen er nog elk jaar miljarden tonnen nieuwe producten op de markt die niet recycleerbaar zijn, waar geen selectieve materialen aan te pas kwamen, die niet selectief worden ingezameld … Deze rubriek toont voor elke schakel van de circulaire economie enkele mooie realisaties en ook enkel uitdagingen, of anders gezegd: de top en de flop.
Valomet heeft een in Europa uniek procedé om uit de bodemassen (de resten die overblijven na afvalverbranding) nog metaal- en non-ferroconcentraten (van 0 tot 20 mm) te halen en te uit te sorteren. De fabriek staat in de Gentse haven. Het koperconcentraat wordt bijvoorbeeld teruggewonnen met een zuiverheid van ongeveer 70%. Dat is circa dertigmaal hoger dan de zuiverheid van koperconcentraat dat door traditionele mijnbouw wordt verkregen. Deze fijne metaaldeeltjes worden opnieuw ingezet door smelterijen en raffinaderijen bij het maken van nieuwe producten.
Run-flat banden zijn handig voor wie een lekke band heeft, maar zijn vanuit circulair oogpunt eerder een probleem dan een oplossing. Deze banden zijn voorzien van een versterkte flank, waardoor ze zelfs bij volledig drukverlies niet worden samengedrukt. Daardoor kan men nog 80 km verder rijden aan maximaal 80 km per uur. Door de aanwezige vulstof en het feit dat deze banden visueel moeilijk te onderscheiden zijn van andere banden verstoren ze de recyclage van afvalbanden.