NLFR

Platform over de gehele recyclingstroom binnen de Benelux
Broei en batterijen grootste boosdoeners in afvalbranden

Broei en batterijen grootste boosdoeners in afvalbranden

U kan er elke maand wel ergens over lezen in de krant: brand bij een afvalverwerkend bedrijf. Door de eigenheid van de activiteiten is het brandrisico in onze sector nu eenmaal groter. De meeste branden kunnen teruggebracht worden tot een van deze twee oorzaken: broei en de aanwezigheid van stoorstoffen zoals lithium ion batterijen.

Statistieken voor België zijn moeilijk terug te vinden, maar dat de afvalwereld een brandgevoelige sector is, staat buiten kijf. Verzekeraars in Nederlands sloegen in 2017 alarm met zeventig branden op twee jaar tijd. In België zal de situatie gelijklopend zijn. Branden die snel geblust kunnen zijn maar evengoed kunnen uitslaan en miljoenen euro’s aan schade veroorzaken. Een aantal verzekeraars trok er daarom de stekker al uit in België. Voor afvalbedrijven is het daardoor de laatste jaren zeer moeilijk geworden om op een betaalbare manier verzekerd te worden tegen brand. Maar om als sector iets te doen aan deze brandgevoeligheid is het van belang om de oorzaken te kennen.

Brand door broei

Met stip op één staat broei. Door het afval op een beperkte ruimte bij elkaar te brengen, kunnen de temperaturen enorm beginnen oplopen. Dat heeft alles te maken met de micro-organismen die in afval aanwezig zijn. Ze genereren warmte, tot zelfs 70 °C. Meestal blijft het daarbij, maar als de warmte geen uitweg heeft, kan er een volgend effect ontstaan: chemische broei. Dat gebeurt vooral wanneer het materiaal is ingepakt of samengeperst. We gaan dan over van warmte naar hitte omdat koolstof wordt omgezet in koolstofdioxide. En dat kan tot smeulen of spontane ontbranding leiden. Het is weliswaar een langzaam proces, want het zal meerdere uren duren alvorens er effectief brand ontstaan. Maar dan kan het opeens heel snel gaan. De gevaarlijkste materialen voor zelfontbranding zijn plantaardige en dierlijke oliën, verven en lakken, poetsdoeken en verffilters. Ook het vochtgehalte zou een rol spelen. Volgens experimenteel onderzoek van KEMA geeft een vochtgehalte tussen 20 en 50% bij veel materialen het risico op broei, uiteraard in functie van het materiaal. De bijkomende uitdaging is dat broei niet altijd meteen te constateren valt. Broei kan al aan de gang zijn vooraleer de container ingezameld of verwerkt wordt.

Brand door batterijen

De laatste jaren is de oorzaak van branden ook vaak terug te brengen tot de aanwezigheid van batterijen in afval. En die komen daar steeds meer in voor, voornamelijk lithium ion batterijen. Wanneer gebruikte accu’s en batterijen in contact komen met elkaar of met andere materialen kunnen ze kortsluiting maken. Als gevolg daarvan kunnen ze gloeiend heet worden en brand veroorzaken. Een tweede probleem met batterijen is dat ze chemische reacties kunnen aangaan met andere afvalstoffen, waardoor ze spontaan vlam kunnen vatten. Batterijen kunnen niet alleen gevaar opleveren tijdens de inzameling en opslag van restafval, maar ook tijdens verwerking. Batterijen en shredders zijn bijvoorbeeld geen goede combinatie. Als batterijen beschadigd raken door machines kunnen ze in brand schieten of in bepaalde gevallen zelfs ontploffen. Dit bewijst weer het belang van een goede scheiding aan de bron (batterijen uit toestellen verwijderen) en een verstandig productontwerp (batterijen verwijderbaar maken).    

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details